Meer ruimte is niet altijd de beste oplossing

Negentig procent van alle vragen, die mij door klanten worden gesteld, zijn vragen over ruimte, meer ruimte, vrije ruimte, persoonlijke ruimte. Meestal is de beschikbare ruimte niet het daadwerkelijke probleem, maar hoe er met deze ruimte omgegaan wordt.
Doordat voorwerpen geen vaste plek hebben, zwerven ze door de ruimte en zorgen zo voor onrust, ook in de hoofden van de bewoners. Alle voorwerpen, die het huis binnen komen, proberen een plek te veroveren en meestal lukt dit ook. En in handomdraai is een ruimte in eens een verzamelplek van spullen, die meer storen dan dat ze nuttig zijn. Maar dit onderwerp aan te snijden is een heel gevoelig iets. Heel veel mensen definiëren zich over hun bezit, bezit geeft hun een gevoel van veiligheid, hiervan afscheid te nemen is voor veel mensen ontzettend moeilijk. De oplossing zien mensen er eerder in, om nog meer ruimte te creëren – dus een aanbouw of nog meer kasten lijkt dé oplossing.

Op zich fijn, betekent leuk werk voor mij en mijn collegas. Maar indien dit (alleen) geen echte verbetering voor een bestaande woning betekent, probeer ik eerst de oorzaak onder de aandacht te brengen. Een verbouwing of een verandering van de inrichting is altijd ook een psychologisch proces van los laten, afscheid nemen, nieuwe dingen toelaten. Vandaar dat ik meestal twee alternatieven aanbied, waaruit mensen kunnen kiezen. Zo heeft ontwerpen voor mij ook heel veel met opruimen en het aanbrengen van structuur te maken, afgestemd op de persoonlijkheid van de bewoner(s).